Ardennen

26 december 2017

Kerstvakantie in de Ardennen. Ontsnappen aan de tucht die Kerstmis oplegt en lekker een paar dagen in een ‘tikkeltje vergane glorie, maar gezellig’ hotel in Stavelot. Uitstapjes gemaakt, maar ook genoten van de Belgische keuken, waarvan ik inmiddels begin te denken, dat je er minstens zo lekker en gezellig kunt eten als in Frankrijk. Uitgangspunt was Stavelot en meteen zoete herinneringen aan de talloze fietstoertochten (zoals Luik-Bastenaken-Luik en Waalse Pijl), die ik er in de 80’er jaren maakte. Het was nu weliswaar koud, vochtig en grijs, maar ik voelde toch weer een beetje de euforie die al dat gefiets destijds opwekte. Onder meer twee steden bezocht: Luik en Aken. Luik herstelt zich van het verval dat zich voordeed na de instorting van de staalindustrie. Het is vooral te zien rond het nieuwe TGV-station Guillemins.

Aken, zo dicht bij Nederland, maar ik was er nog nooit geweest. Verwondering over de Dom, kleiner dan ik had verwacht, maar ook fijner met zijn prachtige mozaïeken. En natuurlijk een wandeling gemaakt, heen en weer naar Coo. Bekend van de watervallen, waar inmiddels een vele malen groter pretpark omheen is gebouwd met een onafzienbaar parkeerterrein, dat nu nagenoeg leeg stond. Ondanks het grijze weer natuurlijk de camera meegenomen. Alleen jammer dat ik die vleermuis niet kon fotograferen, die af en toe door onze slaapkamer fladderde, maar zich verborgen hield ergens in een spleet in het oude hotel. Maar voor de nachtrust was het toch maar beter dat we daardoor na de eerste nacht een andere kamer konden krijgen. De foto’s staan op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157674956472867

Delft

15 december 2017

Delft: ik heb er 19 jaar gewoond, maar ben er nu ook al weer bijna 24 jaar weg. In die tussentijd ben ik er eigenlijk niet zo vaak meer geweest. Tot afgelopen vrijdag, toen we uiteindelijk het foto-reisje hebben gemaakt, dat ik eigenlijk al lang van plan was te maken. Ik woonde toen tegenover het station en die omgeving is nu onherkenbaar veranderd. Er was ooit een klein woonwijkje aan de zuidkant van het station, dat er nu niet meer is. Ook dat afgrijselijke spoorviaduct is verdwenen en de spoorlijn ligt nu onder de grond. Er is een heel nieuw en veel groter station gekomen, geïntegreerd met een kantorencomplex. Het oude stationnetje wordt nu verbouwd en daar schijnt een Italiaans restaurant in te komen. Het gebied is nu eigenlijk nog een kale vlakte en alleen al om die reden ben ik blij dat ik er weg ben.

Want het is er een jarenlange bouwput geweest, die trouwens nog lang niet weg is. Er is veel ruimte vrijgekomen, het gaat heel mooi worden, zeggen ze, maar ze hebben nog tot 2035 nodig om het gebied weer een beetje aan te kleden. En om financieel een beetje ‘boven Jan’ te komen, want ze schijnen de kosten om het gebied te herbouwen behoorlijk te hebben onderschat. Het weerzien was natuurlijk leuk en veel herinneringen en ook gevoelens kwamen boven. Ik zag dingen, die er toen ook wel waren, maar die me kennelijk nooit zijn opgevallen. Deze keer de toren van de Nieuwe Kerk beklommen (toen ook nooit gedaan) en ontdekt dat ik door die lage afrastering toch wel wat hoogtevrees heb. Ook was ik nog nooit op het terrein van de vroegere Calvé en Gist Brocades geweest. Tegenwoordig van DSM, maar het ziet er vervallen uit, maar daarmee niet minder fotogeniek. Het was andermaal een koude, grijze en donkere dag, maar het foto-serietje is er toch maar weer gekomen. Zie:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157705186868144

Amsterdam

12 december 2017

Sneeuw in Amsterdam: het komt niet vaak voor, maar als het dan toch voorkomt is het meestal van die nattige drab, die snel weer verdwijnt. Behalve maandag en dinsdag, toen er ineens een wat serieuzer pak viel. Bovendien was toen het licht erg mooi en we zouden bovenop de toren gaan kijken hoe de stad er met een pak sneeuw bij zou liggen. Maar dat mislukte grotendeels, omdat al op de boot de lucht ineens helemaal dicht trok en boven dus vrijwel niets meer te zien was. Wel hadden we daar gezelschap van vijf Italianen die per persoon 20 euro aftikten om van het uitzicht te genieten. De volgende dag scheen de zon en lag het land erbij, zoals we dat op de kalenders zien. Maar zoals meestal was ook deze keer de sneeuw snel weg en kregen we weer van die nattige drab. Nu ik dit schrijf is alles weer weg, is het posten van deze foto’s eigenlijk mosterd na de maaltijd. Temeer daar ik op Facebook honderden winterfoto’s heb zien voorbijkomen, iedereen het alweer is vergeten en naar de lente verlangt. Ik tenminste wel. Maar de foto’s, vooral die van maandag bij de toren, waren toch wel leuk om te doen. Zie:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157705262447434

Frankfurt

3 december 2017

Frankfurt: eigenlijk zo’n beetje het Rotterdam van Duitsland, zakelijk met veel nieuwe architectuur en niet bang voor hoogbouw. Hoewel niet de mooiste stad van Duitsland, is er toch best veel te zien. Het is het vaste uitstapje elk jaar rond het zwemtoernooi van Marcel. De kerstmarkten zijn alleen niet te vermijden. Toch al niet mijn allergrootste liefhebberij, omdat je daar niet anders dan prullaria kunt kopen of in de kou glühwein kunt drinken of worsten kunt eten. Maar veel mensen zijn er kennelijk dol op. Daar kwam nog bij dat overal grote en lelijke betonblokken waren neergelegd. Desondanks was het erg gezellig: lekker comfortabel hotel en gezellig eten met Marcel’s zwem-maatjes. De heenreis was met de trein en terug met iemand meegereden met de auto. Dit keer langs de Moezel, met de hele dag lichte sneeuw en via de Ardennen terug. Gegeten in Verviers, tamelijk ‘run-down’ vond ik. Maar in het restaurant waren ze heel blij dat we er hebben gegeten, want het schijnt dat er in Verviers nauwelijks Nederlandse toeristen komen, hoewel het vlak onder Maastricht ligt. Voor foto’s is december niet het ideale seizoen, maar ik heb er toch maar een paar gemaakt. Zie:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157677245820398

Glow Eindhoven

18 november 2017

Elk jaar in november heeft Eindhoven zijn lichtfestival: Glow. Het is er al jaren en was ooit een initiatief van Philips. Je ziet overigens de laatste jaren geen onverdienstelijke initiatieven op dat gebied in meer steden, maar de bakermat ligt toch in de lichtstad. Vorig jaar waren er 750 duizend bezoekers, en dat in tien dagen. Het was dus schuifelen in de menigte. November is trouwens bepaald niet het ideale seizoen. Het is koud en vaak regent het. Zo ook afgelopen zaterdag. Maar dit soort dingen kan je eigenlijk alleen maar organiseren in het donkere seizoen.  Toch was er veel fraais te zien. Zoals het lijnenspel in de lichtkubussen vlak bij het station. Een van de hoogtepunten vond ik wel de projectie op de Catharinakerk. En aan het eind de lichtshow op ‘de Blob’, wat eigenlijk een hommage was aan de gloeilamp, aan Philips en aan zijn oprichter ‘Meneer Frits’. In het donker fotograferen is niet echt mijn hobby, vooral niet als het regent, maar ik kon het toch niet laten. Kijk maar op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157703913044301

Almere

9 november 2017

Almere: de één wil er nog niet dood worden gevonden, de ander wil er nooit meer weg. Nou zijn daar inderdaad veel plekken, waarvoor ook voor mij het eerste geldt. Maar je kan er ook verrassend vorstelijke wonen in prachtige villa’s met veel ruimte tussen het groen en aan het water. Hier klotste vijftig jaar geleden nog het water van het IJsselmeer en nu wonen er 250 duizend mensen. En ze zijn er nog lang niet uitgebouwd, want ooit moeten hier 350 duizend mensen gaan wonen. Ik was er op bezoek en dat was aanleiding voor een toertje door het gebied. Op veel plaatsen kan je er tegenwoordig kavels kopen en dan zelf maar zien wat je erop zet. De welstandscommissie komt er niet aan te pas en dat kan dan leiden tot architecturale hoogstandjes, maar ook tot afgrijselijke bouwsels.

Nu er zoveel mensen wonen, vond men dat de stad ook een centrum nodig had. Dus kwamen er rond het belangrijkste station pleinen met terrassen, horecavoorzieningen, een groot winkelcentrum en een prachtige en grote bibliotheek. Met aandacht voor de kwaliteit van de openbare ruimte. Maar iets neerzetten is één, iets anders is het onderhoud om ook over twintig jaar nog die kwaliteit kunnen bieden. Ook kwamen er drie knotsen van kantoorgebouwen achter het station, die alle drie nog leeg schijnen te staan. Een veeg teken, vind ik. Maar goed, Amsterdam heeft er ook honderden jaren over gedaan om te zijn wat het nu is, dus waarom zou dat niet voor Almere kunnen gelden? Ik vond het in elk geval leuk om er een foto-serietje van te maken. Kijk maar op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157675230628467

Baarn

3 november 2017

Herfstkleuren zijn het mooiste te zien in het begin van november. Maar het risico is ook dat bij een beetje storm de meeste bladeren dan al weg zijn. Gelukkig was het windstil, de bladeren waren er nog en was er veel te zien. Het mooist is het als de zon dan ook nog schijnt. Die zon was wel beloofd, maar kwam niet. Deze keer weer een NS-wandeling van het station van Baarn naar dat van Hollandsche Rading, met veel bos en hei onderweg. Andermaal langs plaatsen, waar ik nog nooit eerder was geweest. Lage Vuursche bijvoorbeeld, waarvan ik dacht dat het een bos was, maar eigenlijk was het een kluitje huizen, met veel uitspanningen erbij waar pensionado’s pannenkoeken zitten te eten. Op de hei lopen sinds een twintigtal jaren veel Franse Charolais-runderen, die – meer nog dan schapen – het heidelandschap goed kunnen onderhouden.

Het was een ook beetje een royalistische wandeling, want het ging ook langs Soestdijk en Drakensteyn. Aan paleis Soestdijk heb ik veel jeugdherinneringen. Niet dat ik er veel kwam, maar op 30 april (vroeger was het toen ook altijd zonnig weer) zat ik meestal voor de (zwart-wit) televisie, terwijl het bordes zich vulde met bloemen en achter de rododendronstruiken de Friese krentenmikken werden gedeponeerd (volgens Wim Sonneveld tenminste). Het paleis is nu onbewoond, maar Juliana en Bernard staan er heel innig op een sokkel, terwijl ze elkaar in het paleis nauwelijks tegen kwamen.

Beatrix woont nu op Drakensteyn, maar ik kan als stadsmens niet goed begrijpen waarom zo iemand in d’r eentje in een groot bos gaat wonen. Haar kasteeltje is niet te zien, want er staat een hoog hek met veel beveiligings-elektronica om haar enorme landgoed. Als ik dat allemaal zo zie, kan ik eigenlijk alleen maar medelijden met haar hebben. Maar goed, het zal ongetwijfeld haar keuze zijn. Het was eigenlijk maar een korte wandeling, maar we hebben onderweg weer zó staan treuzelen met de fotocamera, dat we bijna in het donker op het station van Hollandsche Rading zijn aangekomen. De foto’s staan op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157705467402905

Utrecht

27 oktober 2017      

Er was nog een oud plan om eens foto’s te maken vanaf de Domtoren. Niet zozeer om Utrecht van boven te zien, maar eigenlijk wat enigszins verder weg ligt, zoals bijvoorbeeld Amsterdam. Met de Sigma-600 mm zou dat toch moeten lukken. Het enige vereiste was helder weer en dat was het vrijdag. Weliswaar af en toe regenbuien, maar afgewisseld door strakblauwe luchten, dus het was toch wel een gokje. Je kon alleen in een groep met een rondleiding naar boven. Het was dus meteen een goede oefening geduld, want bij een mooie opklaring met blauwe lucht tussendoor is het toch wel lastig om halverwege de top een lang verhaal aan te moeten horen over het carillon van de toren, dat bovendien uitvoerig in het Engels wordt herhaald, terwijl je maar één ding wilt: verder naar boven nu de lucht nog blauw en dus helder is.

Maar het weer hield zich goed en er was veel te zien. Natuurlijk Amsterdam, weliswaar vaag, maar met de telelens en de nodige toevoeging van contrast was er wel wat van te maken. Ook Almere was te zien. Zelfs Rotterdam en Den Haag, maar dat was eigenlijk te ver om daar nog een behoorlijke foto van te maken. Wel een mooie oefening om de grenzen van de lens eens te verkennen. Maar Utrecht zelf, dat vanaf de toren aan je voeten ligt, leverde ook verrassende plaatjes op, vond ik. Het resultaat van dit foto-uitstapje staat op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157705533808554

Texel

16 oktober 2017

Texel, het hoort evenals Amsterdam bij Noord-Holland, maar een groter contrast is amper denkbaar. De stilte overvalt je al, als je het eiland op fietst. En het valt des te meer op, als je op de avond tevoren nog op die zomerse oktoberdag om zeven uur door de menigte over de Nieuwmarkt hebt gefietst met zijn overvolle terrassen. Het eiland is in trek bij de vogelliefhebbers. Maar ik vond de vogelaars en hun fotoapparatuur minstens zo fotogeniek als de vogels zelf. We troffen een vrouw die meer dan twee uur had gewacht op het tamelijk zeldzame kruisbekvogeltje. Een vogeltje dat wij – meer geluk dan wijsheid trouwens – al tamelijk snel hadden gespot.

Het eiland doe je vooral met de fiets en eigenlijk vooral elektrische fiets, zo bleek. Want daarmee kun je in één dag makkelijk op en neer naar de noordpunt, die wij met onze gewone huurfietsen niet hebben gehaald. We zijn blijven steken bij de Slufter, een tamelijk brak gebied dat alleen bij springvloed door zeewater wordt overstroomd en dat we helemaal te voet tot het strand zijn overgestoken. Daar nog een tijdje gezeten, over strand en zee uitgekeken en gezien hoe – op deze uitzonderlijk warme najaarsdag – er nog mensen heel ontspannen te water gingen. Op de terugweg was er wel weer een straffe tegenwind en werden we dus herhaaldelijk ingehaald door mede-pensionado’s op hun elektrische karretjes. Maar de boot van zeven uur hebben we nog net gehaald. De foto’s staan op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157675369666067

Amsterdam

14 oktober 2017

Amsterdam verandert in rap tempo. De nieuw metrolijn, waar 17 jaar aan is gebouwd is bijna klaar. En de bouwputten waar jarenlang tegenaan is gekeken worden zo langzamerhand opgeruimd. Zo ontstaat op het Rokin een voor Amsterdamse begrippen tamelijk voorname boulevard met hier en daar zelfs Parijse allures. De achterkant van het Centraal Station, waar je vroeger niet durfde te komen, is ontzettend opgeknapt en is nu de toegang naar ‘Noord’, dat nog veel sneller verandert dan de stad zelf. Je merkt het ook aan de veerboten die altijd overvol zijn.

Ik was deze week op de Zuid-as, waar ik eigenlijk niet zo vaak kom. Al een tijdje het zakencentrum met zijn hoogbouw, maar er wordt nog steeds gebouwd en nu verschijnen daar ook nieuwe appartementencomplexen, met tamelijk gewaagde architectuur, vind ik. Het station Amsterdam-Zuid, dat nu niet meer is dan een soort van halte, gaat de komende jaren nog helemaal op de schop, evenals de ringweg die erlangs loopt. Amsterdammers zijn vaak wars van veranderingen, maar het valt niet te ontkennen dat de stad er een stuk mooier bij ligt dan bijna 25 jaar geleden, toen ik er kwam wonen. Toch zijn er ook dingen die nooit veranderen. De kleinschaligheid van het centrum, de levende standbeelden op de Dam, de toeristen, het water en de natuur op slechts enkele kilometers afstand. De camera observeerde het deze week en heeft er het volgende van gemaakt:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157705581994924