Land van Cuijk

28 juli 2021

Wandelen doe je in Brabant. Hoewel ik als jarenlange ex-Tilburger (en tegenwoordig weer wat vaker in Eindhoven) de provincie redelijk ken, was dit toch nog echt een onbekend stukje Brabant. Het ‘Land van Cuijk’ heet het daar, helemaal in de noordoostelijke hoek van de provincie. De uitnodiging van René’s zus Ellen en haar man Bert om er eens te gaan wandelen lag er al jaren, maar was nog nooit in actie omgezet. Tot vandaag dus. Ook nu viel me weer op dat het oostelijk deel van Brabant en Twente (waar ik een groot deel van mijn jeugd doorbracht) op elkaar lijken. De sfeer, de geur, het fraaie coulissen-landschap, de landbouw en de residuen uit het ‘rijke roomsche leven’, dat alles bracht die dag zoete herinneringen en gevoelens uit mijn onderbewuste naar boven. Dat landschap, de flora en fauna en de sfeer heb ik geprobeerd samen te vatten in een fotoserie, hoewel foto’s eigenlijk maar een matige afspiegeling zijn van hetgeen je daar (en eigenlijk overal elders) in werkelijkheid kunt ervaren. Dank dus aan Ellen en Bert. Een aanrader en gaan dus…..! De preview van wat je kunt ervaren staat op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157719654693938

Zuidelijk Flevoland

23 juli 2021

De ‘groene kathedraal’: die kwamen we ineens tegen op een tochtje door Zuidelijk Flevoland op weg naar Zeewolde. Het zou een groepje bomen zijn, zodanig geplant, dat het vanuit de lucht op een kathedraal moest lijken. Om precies te zijn op de kathedraal van Reims. Maar ter hoogte van het maaiveld heb je alleen niet de ervaring van een kathedraal, hoewel de aangebrachte betonnen ‘funderingen’ de suggestie wekken dat er ooit een kathedraal heeft gestaan. Maar gelukkig was de Volkskrant van 24 juli zo attent om een luchtfoto van het natuur-kunstwerk te plaatsen, die dat duidelijker maakt. Flevoland is niet Nederlands állermooiste provincie. Maar wel de moeite waard om er eens doorheen te rijden. Bij voorkeur met de auto, want de afstanden zijn er enorm: je kunt kilometers rijden zonder dat de aanblik van het land merkbaar verandert.

Maar wat vooral opvalt is het grote aantal windturbines. Heel Flevoland staat er al vol mee, en ze worden hier in nog grotere aantallen neergezet. En niet van die hele kleintjes. Dat was tien jaar geleden, maar nu bouwen ze turbines van 250 meter hoog. Horizonvervuiling bestaat hier dus niet. We kwamen terecht op een van de bouwplaatsen, waar werd gewerkt aan de wieken en aan de bevestigings-mechanismes van die wieken aan de molen. Mooi om dat allemaal van zo dichtbij te bekijken, waardoor het ontzag voor die dingen alleen nog maar groter werd. Er werd echter duidelijk gemaakt dat er geen prijs werd gesteld op onze aanwezigheid. En al helemaal niet op die van onze camera’s. Begrijpelijk, gezien de gevoeligheid van dit alles, maar het liep met een sisser af, nadat we onze bedoelingen ermee hadden aangegeven.

Het doel van de dag was eigenlijk Zeewolde. Een nieuwe en zo te zien op de kaart al best grote stad, waar ik alleen nog nooit was geweest. Maar dat doel is nooit bereikt, omdat we zijn blijven steken bij een club van modelvliegtuigen en een natuurparkje met toch wel botanische bijzonderheden. En omdat de zon was doorgebroken, het behoorlijk warm werd en een soort verzadiging van wat je allemaal kunt zien was bereikt, zijn we aan het eind van de dag ook maar blijven steken op het lokale strand aan het Veluwemeer. Zeewolde komt dus op de bucket list. De Flevoland-ervaring staan op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157719618026962

Het Hoge Land

18 juli 2021

De fietstocht naar Groningen leverde nóg een epiloog op. Met Marlies en Alex is nog door het ‘Hoge Land’ gefietst: het gebied ten noorden van de stad Groningen door de gelijknamige gemeente ‘Hoge Land’. Van oorsprong kleine pittoreske dorpjes, maar tegenwoordig vooral forenzen-plaatsen met vooral éénrichtingsverkeer van en naar de stad Groningen. Want je kunt er nog redelijk goedkoop, toch dichtbij de stad en vooral ook nog fraai wonen, want de plaatsen hebben toch hun oorspronkelijke karakter goed behouden. Maar het gebied wordt ook wel aangeduid met ‘de groene Sahara’. Strak groene weilanden, waar de biodiversiteit ver te zoeken is. Maar wel mooie luchten en je kan er eindeloos ver kijken. Er kwam die dag nog een tweede en meer onverwacht epiloogje. Het plan was om op zondagmiddag met de trein terug naar Amsterdam te reizen, maar er was niet gerekend op de werkzaamheden in Zwolle, waardoor het station daar er helemaal uit lag. Er is ook geen omweg met de trein te bedenken, dus dat leverde een extra fietstochtje op van Meppel naar Kampen.

In de trein naar Meppel ontmoette ik een fietser die zojuist in twee-en-een halve dag het Pieterpad voor fietsers van Maastricht naar Groningen had afgelegd, en nu terug onderweg was naar Maastricht. Ook hij bleek niet op de hoogte van de Zwolse hobbel en dat betekende voor hem dus onverwacht weer zo’n 50 kilometer extra fietsen. Ik was inmiddels in de afgelopen dagen getriggerd door de ‘authentieke’ boerengeur, het gebrek aan biodiversiteit en de ook hier onafzienbare weilanden, die eerder op strak groene laminaatvloeren lijken. Maar wel mooie plaatsjes, zoals Zwartsluis, Genemuiden en Kampen. Hoewel ik in Genemuiden dorst begon te krijgen, mijn bidon leeg was en ik hoopte op een gezellige uitspanning waar ze lekkere cola-light zouden hebben. Maar geen mens op straat, laat staan gezellige terrassen. Ik had het kunnen weten, wat dit is wel zo’n beetje het epicentrum van de bible-belt, waar ik me op die zondag dus niet echt welkom voelde. Maar het euforische gevoel van vijf dagen fietsen overheerste. Heel gevarieerd Nederland gezien, wat betreft landschappen en weersomstandigheden. Al met al zo’n 450 kilometer gefietst. Toch ook mooi de afstand van Maastricht naar Groningen, ruim zelfs. De foto’s van mijn eigen Pieterpad staan op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157719587323618

Raalte – Groningen

17 juli 2021

Het tweede deel van de fietstocht ging vanuit Raalte naar Groningen. Niet bepaald in een rechte lijn, maar in een ruime bocht via Barger Compascuum, in zuidoost-Drenthe, waar broer Louis woont. Die bovendien zijn verjaardag vierde en dat leverde dus twee doorslaggevende redenen op om deze bocht toch maar te maken. Voor Marcel zat de tocht erop en hij fietste vrijdagochtend eerst naar Deventer om daar op de trein naar Amsterdam te stappen. Met Wim is vervolgens naar Barger Compascuum gefietst. Wim is DE fietser van de familie en het tempo was dan ook – vooral in het begin – navenant. Maar gaandeweg werd het recreatiever, met een ruime koffie- en gebakstop in Hardenberg. Het tweede stuk, van Barger Compascuum naar Groningen moest ik alleen fietsen. Niet mijn voorkeur, want graag mag ik al datgeen wat je onderweg ziet delen met anderen. En dan moet je maar afwachten wat er nog te delen valt als de tocht eenmaal achter de rug is. Vandaar deze schrijfseltjes en fotoseries dus.

Naar Groningen ging het recht naar het noorden bij een stevige noordenwind. Maar de regen was gestopt en het werd nu zelfs zonnig. In zuidoost-Drenthe en het aangrenzende deel van de provincie Groningen fiets je hoofdzakelijk langs kanalen. Dat waren ooit de hoofdtransportroutes in dat gebied. Je hebt er langgerekte dorpen, met eigenlijk maar twee straten, aan weerszijden van het kanaal. En dan kom je in oost-Groningen, een gebied waar ik nog nóóit ben geweest. Maar ik had er wel een voorstelling van: eindeloze vlaktes, veel akkerland met grote en voorname boerderijen.

Voor een deel klopte dat beeld wel, maar de windmolens, beter gezegd windturbines, ontbraken in die voorstelling. Ik ben naar zo’n molen gefietst en als je daar dan aan de voet van zo’n 200 meter hoog draaiende machine staat maakt dat een overweldigende indruk. Ik snap nu ook wel de weerstand, want zo’n ding wil je écht niet in je achtertuin. Wat ook in mijn voorstelling ontbrak was toch ook wel het vele groen. Vooral bij Veendam, in mijn gedachten eigenlijk een heel treurige plaats, ben ik door een eindeloos en fraai park gefietst, waar het me heel aangenaam wonen leek. De stad Groningen was het einddoel van de dag, een stad die je al van verre ziet opdoemen. Ook daar familie: mijn zus Marlies met man Alex. Daar was lekker bier en voor de verandering was het weer eens heerlijk buiten aan het water eten. De foto’s van de vrijdag en zaterdag staan op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157719584977803

Amsterdam – Raalte

15 juli 2021

De eerste twee etappes van een meerdaagse fietstocht met Marcel. Nu weer van A naar B rijden en daags erna door naar C. Op een of andere manier vind ik dat leuker dan vertrekken en aan het eind van de dag weer terugkomen in dezelfde plaats. Het geeft me meer het gevoel van ‘onderweg zijn’, iets wat ik toch als een niet onbelangrijk onderdeel van een vakantie beschouw. De tocht had ook als doel om wat familiebezoekjes af te leggen. Maar Raalte, de woonplaats van broer Wim, was eigenlijk te ver om in één dag te bereiken, dus werd een hotelovernachting in Nunspeet ingelast. Het was – wat betreft weersomstandigheden – niet de állerbeste week. De langere etappe naar Nunspeet verliep nog grotendeels droog en zelfs met rugwind, maar de tweede dag naar Raalte was uitgesproken regenachtig. Geen Limburgse hoeveelheden, maar genoeg om toch verregend in Raalte aan te komen. Maar de afwisseling in landschappen vergoedde veel en juist op de fiets kan je ervaren hoe gevarieerd het Nederlandse landschap eigenlijk is.

Eerst langs de Randmeren (Naarden-Vesting en Spakenburg), daarna ineens bos op de Veluwe. Daar veel onverharde fietspaden en met regen is dat toch wat modderig. De Veluwe wordt in het algemeen beschouwd als een van de mooiere landschappen in Nederland, maar voor de fietser (en de fotograaf) is het toch tamelijk eentonig. Maar dan is het bij Epe ineens afgelopen met het bos en kom je in het weidelandschap van de IJsseldelta. Daar de geur van het boerenland, die ik nog zo goed uit mijn jeugd ken. Het bracht ooit de associatie van landelijk, eerlijk en authentiek, maar inmiddels weten we beter. Want er is nog een andere associatie, die van ammoniak en dus stikstof, dat hier kennelijk in grote hoeveelheden neerdaalt. En dan realiseer je je dat dit proces al tientallen jaren gaande is. Maar in Raalte waren er droge kleren, een warme douche en was er eten. Met binnen lekker op de bank met de beentjes op tafel – met uitzicht op de regen buiten – naar de Tour kijken. En vooral ook heel tevreden terugblikken op twee dagen zelf fietsen. Foto’s zijn er ook nog gemaakt. Kijk maar op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157719573770136

Waterland (2)

9 juli 2021

Nóg maar eens door het Waterland gefietst. Al was het maar ter voorbereiding van de wat grotere meerdaagse tocht van volgende week. Het voordeel deze keer was andermaal dat René met zijn elektrische fiets meeging, zodat er wat kopwerk kon worden gedaan bij de toch wel straffe westenwind in de polder. Want als je zelf geen elektrische fiets hebt en je tegen de wind in moet fietsen, zorg dan in elk geval dat je vrienden hebt met zo’n ding. De route was wél ietsje anders dan vorige week. Deze keer is Monnickendam aangedaan, een wat onderbelicht, maar eigenlijk minstens zo mooi plaatsje als het door het massatoerisme platgewalste Volendam en Marken.

In andere jaren tenminste, want toeristen zijn er nu nog nauwelijks. Behalve dan die ene Belg die we tegenkwamen en die de provincie Noord-Holland goed had bekeken, maar alweer 40 jaar niet meer in Amsterdam was geweest en ook nú niet van plan was om erheen te gaan. Het tegenargument dat er in al die jaren toch wel een hoop was veranderd, maakte geen indruk. Zuiderwoude, meer dan een kruispunt met een kerk en wat ophaalbruggetjes is het eigenlijk niet, maar is wel – wat mij betreft – een van de fraaiste dorpjes in het gebied. Op sommige stukken was de route ook wel dezelfde als die van vorige week. Maar ook dan zie je – als je de ogen de kost geeft tenminste – toch weer heel andere dingen. Alle reden om de camera ook dan voor de dag te halen. Het resultaat staat op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157719532236313

Waterland

2 juli 2021

“Of ik niet eens een keer een elektrische fiets moet kopen”. Die vraag krijg ik af en toe, maar tot nu toe is dat alleen nog niet gebeurd. Maar René heeft er deze week wel eentje gekocht. Voor zijn doen een heel snel besluit, want nog geen maand geleden werd het e-woord heel voorzichtig in de mond genomen en normaal gesproken betekent dat, dat de e-fiets er in 2023 misschien wel zou kunnen zijn. Maar ineens was die fiets er en vrijdag zou dan de ‘maiden trip’ plaatsvinden, met een tochtje door Waterland, het poldergebied boven Amsterdam. Toen snapte ik de vraag wel die ik af en toe kreeg, want het overgrote deel van wat daar op die mooie zomerse vrijdagmiddag allemaal rondfietst is 65+ en heeft ook nog eens zo’n e-fiets. Ik behoorde er dus bepaald tot een minderheidsgroep. 

Het tochtje was zo’n vijftig kilometer. Nou maak ik met René wel vaker fietstochtjes, maar zelden meer dan dertig kilometer. Want elke kilometer gaan we van de fiets af, om te kijken wat zich nú weer voor de cameralens voordoet. Maar nu ineens vijftig en voor René met de vingers in de neus, zo bleek. Er bleek een wereld te zijn open gegaan. De actieradius voor toekomstige tochtjes is nu ook een stuk groter. Er stond in de polder toch wel een straffe westenwind, maar hij ging fluitend het kopwerk doen, zodat ik een beetje uit de wind werd gehouden. Ik heb natuurlijk ook een klein proefritje gemaakt. Inderdaad een sensatie en wat mij betreft een van de mooiste uitvindingen die deze eeuw zijn gedaan. Ga ik er dan ook eentje kopen? Je weet het maar nooit. Maar fotograferen blijven we voorlopig doen. De indruk van vrijdag aan en boven het IJ staat op: 

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157719559091920

Schinkelbuurt

1 juli 2021

Bij nader inzien blijkt er binnen de Ring nóg een rafelrandje te liggen. Een heel fraai exemplaar nog wel, net achter het voormalige Haarlemmermeerstation. Een wonder dat het er nog is, want het ligt midden tussen de deftige British School en de ook niet bepaald goedkoop ogende nieuwe appartementen net aan de noordkant van het ook al opgeknapte Olympisch Stadion. De Stadiongracht met daaraan een fraai aangelegd park met mooie woonboten vormt een natuurlijke barrière tussen dat rafelrandje en de appartementen, zodat van enige interactie geen sprake hoeft te zijn. Want dat zou natuurlijk het einde betekenen van dat nu nog tamelijk geïsoleerde gebiedje. Het bestaat uit een rij vervallen loodsen met roestige voorgevels en golfplaten daken, die elk moment kunnen instorten. In die loodsen: uitdragerijen, sportscholen, garages, auto-onderdelen en verder alles wat tweedehands is. Van dat werk dus. Hier krijgt alles een tweede leven. Maar behalve wat er allemaal te koop is, is het decor toch wel de belangrijkste bezienswaardigheid, een decor dat in een film set niet zou misstaan. Hoe dat randje dan ook kan overleven tussen al dat sjieks is dus een raadsel, maar de kans dat het er over tien jaar nog is lijkt me klein. De moeite waard dus om het even vast te leggen op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157719491803169