Noord-Italië

27 augustus 2022

Vanaf Domodossola is er nog een laatste stukje Alpen: het Lago Maggiore, mooi gelegen tussen de nog hoge bergtoppen. We maken een stop aan de oever, want zo’n beroemd meer verdient toch wel een tussenstop. Het is er heel on-italiaans aangeharkt, brandschoon en zo te zien de uithangplek voor 70-plussers. Inmiddels horen wij daar ook bij, maar ik zie me het hier nog niet twee weken volhouden met elke dag wandelingetjes langs het water. Na de ochtendkoffie dus maar door naar het échte Italië. Maar eerst nog langs de hindernis Milaan. Een drukke ringweg van een dikke 50 kilometer met veel op- en afritten met voortdurende blik op de GPS, de kaart en de aanduidingen op de borden. En natuurlijk ook op de weg met het drukke verkeer naast je. Maar na Milaan wordt het rustiger en komt de Po-vlakte, die eigenlijk op Nederland lijkt: vlak en zonder al te veel begroeiing. Maar er zijn ook verschillen. Hier overwegend mooie terracotta daken en pastelkleurige gevels, zacht afstekend tegen de heiige, vochtige zomerse lucht. En mooie, maar ook vaak half vervallen boerderijen. Na de drukte van Milaan is het dus lekker om van de autobaan af te gaan en op een dorpspleintje even de beentjes te strekken.

Casalpusterlengo heet het hier, mooie naam voor zo’n kleine plaats. We lopen wat rond en belanden bij iets wat ooit een voorname boerderij moet zijn geweest, met op de vervallen gevels nog de resten van fresco’s. Op het dorpspleintje een kop koffie met een tramezzino, een diagonaal gesneden dubbel witbrood, met beleg naar keuze ertussen. Het leuke van dit deel van Italië is dat je maar een willekeurige plaats hoeft binnen te rijden of ze hebben er wel een prachtig centraal plein met een rijk gedecoreerde kerk, zelfs hier in dit Casalpusterlengo. En al helemaal in Cremona, een wat grotere provincieplaats verderop met een nog uitbundiger gedecoreerde kerk, of eigenlijk kathedraal. Einddoel van die vrijdag is Reggio Emilia, waar we die avond heel voornaam dineren aan de voorgevel van de lokale kathedraal en waar we de volgende ochtend het treinstation “Mediopadana Alta Velocitá” gaan bekijken. Een in het oog springend ontwerp van de Spaanse architect Calatrava. In voorgaande jaren zijn we er al enkele keren over de autoweg langs gereden, maar nu nemen we maar eens de tijd om het station wat nader te bekijken.

Hier stoppen alleen de hogesnelheidstreinen, tussen Milaan/Turijn/Venetië en Rome/Napels. Sommige treinen rijden ook op hoge snelheid door over de voor passagiers onbereikbare middensporen. Indrukwekkend, niet alleen het ontwerp van het station, maar ook hoe in Italië in de afgelopen jaren een hoogfrequent hogesnelheids-treinsysteem tot stand is gekomen. Dan verder richting Toscane. Vlak onder Florence weer van de autobaan af om Toscane even te proeven. Prachtig landschap, met afwisselend cipressen, wijngaarden en olijfbomen, met tussendoor fraaie landhuizen. De streek blijkt populair bij Nederlanders, tenminste afgaand op de grote hoeveelheid Nederlandse kentekens die je hier tegenkomt. Een regenbui maakt alleen een eind aan het Toscaanse uitstapje en we zoeken de autobaan maar weer op voor de laatste 150 kilometer naar Collevecchio, het voorlopige eindpunt van onze reis. Met lekker koud bier op het pleintje om deze vijfdaagse heenreis te evalueren. De fotoserie, met deze keer ook twee videootjes van de snelle treinen, staat op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72177720302155980

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.