Een verjaardagsfeest in de familie maakte dat ik voor de tweede keer in tien dagen naar Twente afreisde. Want het zou niet zómaar een borrel zijn, maar een wandeling met de familie door een van de mooiste streken van Twente. Van Vasse naar Ootmarsum om precies te zijn. Hemelsbreed een afstand van amper 7 kilometer, maar de wandeltocht zou zo’n 15 kilometer zijn. Normaal gesproken goed te doen. Nu eigenlijk ook wel, behalve dat het die dag ontzettend warm was. Gewoon dus wat extra water meenemen en genieten van het prachtige landschap, afgewisseld door houtwallen, bos, hei en landbouwgrond. Daartussen de typische architectuur van oranjekleurige boerenschuren met witte daklijsten.
Prachtig allemaal, maar schijn bedriegt ook wel. Want ook hier is de biodiversiteit achteruit gegaan. Weilanden, strak groen als biljartlakens, met weinig bloemen en kruiden. Geaccentueerd door de brandnetels langs de weg, die het op de stikstofhoudende grond goed doen. Daardoor zijn er minder insecten, die op de bloemen en kruiden afkomen. En dus ook minder vogels, die zich tegoed doen aan insecten. En zo kunnen we doorgaan tot de cirkel rond is en zelfs de kwaliteit van onze eigen leefwereld uiteindelijk minder wordt. Genoegzaam bekend natuurlijk, want de kranten staan er tegenwoordig vol van. Maar als je het voor je eigen ogen ziet, spreekt het nét ietsje meer aan. Gelukkig is er ook nog wel veel variëteit in de natuur en het plezier die middag was er niet minder om. En wat wás na zo’n warme dag het bier lekker! Kijk voor de Twentse indrukken op: