Los Angeles – San Francisco

6 april 2016

Vanuit Los Angeles zaterdag onze reis naar langs de kust naar het noorden voortgezet. Een stop gemaakt bij Hearst Castle. William Hearst was een zakenman die aan het begin van de vorige eeuw op zijn reizen door Europa en Azië veel kunstvoorwerpen en meubels verzamelde. Hij wilde een buitenhuis bouwen, waar hij al die spullen kon onderbrengen, maar het is met die verzameling zo uit de hand gelopen dat het een heel kasteel is geworden, met een allegaartje aan stijlen. Verder langs de kust, die volgens het boekje “stunning views” zou laten zien. Wat alleen niet in het boekje stond was dat er met name in het voorjaar ook veel optrekkende mist uit het koude water van de oceaan opstijgt. Van die mooie vergezichten hebben we dus weinig kunnen zien. Wel veel zeehonden, die hier in grote kolonies op het strand liggen. In het donker na een lange dag in Salinas aangekomen. Een plaats van niks, maar wel met een lekker Holiday Inn hotel. Ook de geboorteplaats van John Steinbeck en dat zie je hier aan de namen van straten en pleinen. En zelfs aan de namen van de gerechten in het restaurant. Zondag naar Monterey en het aquarium in die stad, waar de meest wonderlijke schepsels van de zee waren te zien.

Daarna filerijden naar San Francisco. Daar hebben we de laatste drie dagen van onze vakantie doorgebracht. We waren er te gast bij Richard en Fritz, die ons ook afgelopen zomer in Amsterdam hebben bezocht. Een ideale stad om de reis af te sluiten. Geen echt Amerikaanse stad, maar eerder Europees aandoend met zijn vele Victoriaanse huizen. Maandag vier uur lang door de stad geslenterd en geprobeerd de stad ook met foto-ogen te bekijken. Dinsdag het Golden Gate Park met de gelijknamige brug. Het was een kick om over die enorme constructie van de brug naar de overkant te rijden. Maar nog een veel grotere kick was nog wel om over de brug heen en weer hard te lopen. Met de Garmin levert dat vast wel weer een fraai kaartje op van een locatie die er tenminste toe doet. Twee jaar geleden ook hier gelopen in de mist, maar vandaag was het prachtig helder weer. Vlakbij ligt het wat vreemd aandoende, pompeuze maar zeker fotogenieke Palace of Fine Arts, gebouwd tijdens de wereldtentoonstelling van 1915. San Francisco heeft een fris klimaat, zelfs in hartje zomer, maar woensdag was het ineens een warme dag, recordwarm voor april, zo werd gezegd. Uurtje rijden naar een prachtig strand met enorme golven aan de Pacific. Het zou daar een min of meer officieel naaktstrand zijn, maar daar zijn de Amerikanen niet zo van, zo bleek.

Heerlijke dag, maar groot nadeel is dat je niet in de oceaan kunt zwemmen. Het water is veel te koud en je kan hier zelfs in de zomer niet in de zee. Wel zou je hier af en toe walvissen kunnen zien, maar vandaag natuurlijk net weer niet. Dit is meteen het einde van de vakantie en vooral van de lange autoreis vanuit Houston naar San Francisco. Het halve continent hebben we doorgereden en achter een al jarenlang sluimerende wens is nu eindelijk eens een ‘v-tje’ gezet. Als je dat hier aan willekeurige Amerikanen vertelt, zeggen ze stuk voor stuk: “waaaauw”. Terwijl ze zelf hun hand niet omdraaien om vijftig mijl te rijden om ergens een lekker ijsje te eten. De laatste avond de koffer aan het pakken. Enige (negatieve) opwinding is er omdat nu blijkt dat we niet rechtstreeks vliegen, maar via Los Angeles zijn omgeboekt en vrijdag uren later thuis zijn. Maar de eindconclusie is toch wel dat we (alweer) een prachtige reis hebben gehad. De laatste indrukken staan op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157714899086396

Los Angeles

1 april 2016

Los Angeles: een agglomeratie van zo’n 100 kilometer breed. Auto’s maken hier de dienst uit. Een miljoenenstad in een ontwikkeld land zonder openbaar vervoer is bij mijn weten een unicum. We verblijven in West-Hollywood. Meteen maar de beroemde Mulholland Drive gereden, waar de in financiële zin groten der aarde hun optrekjes hebben. Zien en gezien worden en groot is hier nog niet groot genoeg. Veel stevig hekwerk en camera’s bewaken daar de boel. Ik voelde me net een paparazzo met mijn telelens. Verder het prachtige en ook architectonisch bijzondere Getty museum bezocht, dat deze multimiljonair de stad heeft nagelaten. Tenslotte Santa Monica en Venice Beach, waar het hippe volkje jogt, rondhangt en – voor zover van toepassing – ook de mooiste kant van zichtzelf laat zien en natuurlijk ook de anderen stilzwijgend de maat neemt over hun uiterlijk. De autoreis van Santa Monica naar ons B&B in West-Hollywood kwam eigenlijk neer op een verblijf van uren in de file. We probeerden dan onderweg maar iets te eten te krijgen, maar toen ik het restaurant binnenliep wist ik het al: onze dress-code detoneerde wel héél erg met wat daar zoal binnen zat.

Ook vrijdag nog in Los Angeles doorgebracht. Eerst naar het Griffith park. Op de kaart ziet het eruit als een leuk stadsparkje, maar als je er eenmaal bent is het een heus gebergte, met anderhalf uur lopen heen en weer naar de top. Vandaar wel een prachtig uitzicht en hier krijg je een idee van de enorme dimensie van deze stad. Hier en daar wat hoogbouw, maar verder eindeloze laagbouw, zover het oog reikt. In het “park” was een observatorium waar ze van alles over sterrenkunde lieten zien. De middag nog over Hollywood en Sunset Boulevard gelopen en ook hier is het vooral de bedoeling om – het liefst in cabrio’s – heen en weer te rijden en je rijkdom te etaleren. Terwijl drie straten verderop bedelaars in haveloze slaapzakken onder een viaduct liggen. Van al die stulpjes, de auto’s, Getty en Venice is de volgende fotoserie gemaakt:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157714908314123

Phoenix – Los Angeles

30 maart 2016

Vrijdag ochtend was dan het afscheid van Richard. Hij was voortreffelijk reisgezelschap. Tegelijkertijd gids voor wat betreft de do’s and dont’s in dit deel van Amerika. En een gezellige gastheer bij ons verblijf in Phoenix. We maken ons nu op voor weer een dagje autorijden. Maar rijden in Amerika is minder relaxed dan vaak wordt gedacht. Rond de steden is het druk en er wordt soms agressief gereden. De maximumsnelheid wordt in het algemeen overschreden. Buiten de steden zijn er veel enorm grote vrachtwagens die minstens zo hard rijden als personenauto’s, en als ze de kans krijgen gaan ze je gewoon rechts inhalen. Onderweg weer veel woestijn met af en toe kleine stadjes die eigenlijk meer een soort veredelde campings zijn. Aan het eind van de dag belanden we in Palm Springs, zo’n 150 km ten oosten van Los Angeles. Een oase. Een beetje het Gran Canaria van California, maar dan zonder strand met wel een heerlijk zwembad. Ondanks het grote watertekort in California wordt veel gesproeid en is overal prachtig aangeharkt groen.

Hier blijven we een paar dagen zonder al te veel te rijden en lekker te relaxen. Het beviel ons daar zó goed dat we ons verblijf daar meteen met twee dagen hebben verlengd. Vooral veel rond een zwembad gehangen, af en toe een rondje hardlopen, lekker gegeten, maar ook nog met een kabelbaan naar 2700 meter hoogte. Wij waren gewaarschuwd voor de kou daar, dus hebben we er ons op gekleed. Maar de Amerikanen kunnen er blijkbaar beter tegen, maar hun t-shirts en teenslippers in de ijzige kou en sterke wind waren vermakelijk om te zien. Maar naar een paar dagen toch maar doorgereden naar Los Angeles, met een agglomeratie nog veel groter dan die van Phoenix. Eindeloos lang over free-ways, onder en over viaducten en via ingewikkelde op- en afritten uiteindelijk beland in West-Hollywood, waar we een B&B hebben geboekt. Eerst even bijkomen van stress-vol autorijden in Los Angeles. De foto’s van onderweg staan op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157714933316243

Phoenix

24 maart 2016

In Phoenix waren we te gast bij Richard, die ons vanaf Houston heeft vergezeld. De agglomeratie van Phoenix is enorm, van oost naar west zo’n 80 km. Een relatief klein centrum met wat hoogbouw, waar bijna niemand woont. De rest is eindeloze laagbouw, waarbij niet op een vierkante meter wordt gekeken. We zijn hier twee dagen om even lekker bij te komen na al die autokilometers vanaf Houston. En dus de auto even te laten voor wat die is. Maar zonder auto kan je hier niet leven, want openbaar vervoer is er nauwelijks. Dus we halen hem toch maar weer van stal en leggen dan toch weer vele kilometers af in deze enorme agglomeratie. De stad probeert wel busverbindingen te realiseren, maar de meeste stadsdelen wíllen helemaal geen openbaar vervoer. “Want openbaar vervoer is voor de armen en daar wil je niet tussen zitten”, is een veelgehoord beeld over het openbaar vervoer in Amerika. 

We hoorden in dat verband ook een verhaal over een light rail project in Salt Lake City, waar aanvankelijk een storm van protest losbrak over dat socialistische project, maar enkele jaren later was eigenlijk iedereen er toch wel blij mee. Het weer in Phoenix was heerlijk. In dit jaargetijde tenminste nog wel, met frisse ochtenden en aangenaam warme dagen. Maar de stad is in de zomer ondraaglijk heet De luchten zijn hier prachtig en door de kurkdroge lucht zijn ze meestal strakblauw. In het Heard museum kregen we een kijkje in de koloniale historie van de VS. De andere dag naar Scottsdale, waar we het fotogenieke verblijf van de architect Frank Lloyd Wright konden bekijken. Hoe het wonen in de woestijn toch nog aangenaam kan zijn. De gemaakte foto’s staan op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157714966611301

Albuquerque – Phoenix

22 maart 2016

Vanuit Albuquerque eerst nog even met Mark en Richard heen en weer naar Santa Fe, zo’n 100 kilometer naar het noorden, met onderweg nog een hiking door het Tent Rocks National Park. Daar zijn van die typische rotsen, die de vorm hebben van tenten. Santa Fe is klein maar fijn. Het heeft een typische ‘adobe’ bouwstijl en verder een heerlijke spaanse sfeer. Hoewel Albuquerque dat ook wel had, is het kleinere Santa Fe wat mij betreft toch wel de mooiste stad van New Mexico, vonden we. Dinsdag was weer eens een echte autodag, met 500 kilometer over de ‘Interstate’ door prachtig woestijnlandschap van Albuquerque naar Phoenix in Arizona. Hier leveren we Richard weer thuis af en zijn daar bovendien nog twee dagen te gast. En daar een beetje bijkomen, want het is ook wel eens lekker om even niét te hoeven autorijden. We komen laat in de avond al in het donker in Phoenix aan. Het duurde daar allemaal erg lang, want op de snelwegen rond en in de stad hebben we veel in de file gereden Voor een fotoverslagje van deze dagen kijk ook op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157714978211418

Odessa – Albuquerque

20 maart 2016

Na Texas kwam New Mexico. Een staat die meestal als doorgangsroute wordt gebruikt. Ooit was er de veelbezongen en iconische Route 66, die alleen nu niet echt meer bestaat. Behalve dan stukjes ‘historisch’ plaveisel in stadjes, met schreeuwerig neon erlangs. Route 66 is vervangen door de wat minder iconische ‘Interstates’, vierbaanswegen, waarop je alleen maar lekker kunt doorrijden. Overnacht in Artesia, even ten noorden van Carlsbad, een stadje dat het ook van de olie moet hebben. Een klein stadje weliswaar, maar wel met een heerlijk hotel en een fijn Italiaans restaurant. Een verademing na die culinaire armoede in het landelijke Texas.  Maar wel weer met een enorme olieraffinaderij in het centrum, nota bene bijna voor de deur van dat fijne restaurant. En ook in het centrum een nog veel grotere Walmart, waar je pizza’s zo groot als wagenwielen kon krijgen en een eind worst van vijf kilo. Verder naar Roswell, de tourist trap van New Mexico. Hier zou in 1947 een vliegende schotel met buitenaardse wezens zijn geland. Het verhaal is in de loop van de tijd steeds meer aangedikt en het resultaat is een heus museum, maar vooral extra inkomsten voor dit woestijnstadje. Dan naar de hoofdstad Albuquerque, 300 km verderop met onderweg helemaal niets anders dan woestijn. Daar woont Mark, zoon van mijn zus Hedwig, voor een jaartje studie in het buitenland. ’s Avonds de kleurrijke oude stad bezocht. Met gezellige trompetmuziek had het de sfeer van Mexico. De foto’s staan op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157714977227146

Houston – Odessa

18 maart 2016

Vanuit Houston zijn we langzaam naar het westen gereden. Via San Antonio, een prachtige Spaanse stad, maar met een vreselijk lelijk en zelfs ranzig motel. In de stad wel een mooie river walk gemaakt, gelardeerd met kleurige mozaïeken. Vanaf San Antonio zie je het landschap geleidelijk veranderen. Eerst nog de Texas wild flowers, met zijn groene weiden, geleidelijk overgaand in rotsgrond met cactussen. Het westen van Texas heeft eindeloze vlakten met gaandeweg steeds minder bebouwing en meer woestijn. We belanden in Llano, een stadje van niks, met een groot kruispunt en eromheen wat houten huizen met grote tuinen. We zijn te gast in een B&B van alleraardigste mensen, die duidelijk ‘in de Heer’ zijn en die staan te vissen hoe het eigenlijk precies zit tussen de drie mannen die ze ineens te gast hebben.

Ze bevelen een goede barbecue aan. Grote four wheel drives op hoge wielen voor de deur, een grote houten schuur met enorme hompen vlees op vetvrij papier geserveerd met sauzen die je uit grote plastic twee-liter flessen moet spuiten. Wijn hebben ze natuurlijk niet en de flessen bier moet je dan met je tanden openen. Dan verder naar de oliestad Odessa en daar overnacht. Ook daar is het land eindeloos leeg met hier en daar een Schoonebeekse ja-knikker. In het uiterste westen van Texas geëindigd met een trekking door het ‘Guadelupe National Park’. Ook in Odessa wilde het met het eten nog niet zo lukken. Plastic bestek, kartonnen bordjes en drinken uit plastic bekertjes waren daar het maximaal haalbare. Om over de kwaliteit maar te zwijgen. Voor een fotoverslag van deze drie dagen kijk op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157714977411531

Amsterdam – Houston

16 maart 2016

Houston is het beginpunt van onze autoreis door de VS. Houston is “deep in the heart of Texas“. Daar huist een trots volkje. Ze zijn natuurlijk Amerikanen, maar vooral Texans. Ze hebben nog nét  geen eigen paspoort. Alles is hier Texas size en vooral de hoeveelheden voedsel, die ze hier naar binnen werken met dito tafelmanieren zijn indrukwekkend. Voor een deel doen we de reis met zijn drieën. Tot Phoenix reizen we met Richard, die in Phoenix woont en waar we later ook een paar dagen te gast zullen zijn. Hij komt dinsdag uit Phoenix naar Houston gevlogen en we halen hem af van het vliegveld. De stad zelf is eigenlijk niks bijzonders. Typisch Amerikaans, met een down-town van kantoorhoogbouw en verder eindeloze laagbouw, waar men dan woont. De stad staat verder ook niet bekend om zijn belangwekkende bezienswaardigheden. Richard suggereerde een bezoek aan een soort landbouwtentoonstelling met een kermis en ‘s avonds naar een rodeo.

Ik dacht dat in Amerika rodeo’s altijd op dorpskermissen werden gehouden, maar deze was in een overdekt stadion met tienduizenden toeschouwers. Je kon er gokken op de winnaars en er gingen zo te zien grote hoeveelheden geld om. De volgende dag het Space Center bezocht. Daar zat Mission Control, van waar in de 60’er en 70’er jaren de bemande ruimtevaart werd begeleid. “Houston, we have a problem…“, weet ik nog, een uitdrukking die later overal ter wereld te pas en te onpas wordt gebruikt. Ruimtevaart is eigenlijk iets uit mijn jeugd, toen het nog iets bijzonders was. Tegenwoordig horen we er niet veel meer over, maar sinds deze week ben ik weer helemaal op de hoogte. Het fotoserietje van de kermis, de rodeo en de ruimtevaart staat op:

https://www.flickr.com/photos/140378231@N02/albums/72157714977578661