Een weekje fietsen met Chrit door de Ardennen en de Eifel. Eerst op zaterdag met de trein naar Maastricht en in de middag – wat je zou kunnen noemen – de ‘proloog’ naar Vaals. Het weer is omgeslagen. Na de hitte van de afgelopen weken is het ineens fris, om niet te zeggen koud, en dat is dan wel weer even wennen. Maar we stappen in Maastricht na een kop koffie natuurlijk toch op de fiets. De mooiste route naar Vaals gaat via de Belgische Voerstreek, dus met de beklimming van de Vaalserberg vanaf de zuidelijke Belgische kant. Rustige, mooie en redelijk steile weg naar boven, en dan ineens na een bocht naar links is er een parkeerterrein met bussen met dito toeristische selfie-kermis van het drielandenpunt. Met dreigende donkere lucht in de verte. Dus snel naar het geboekte hotel in Vaals en gelukkig was het net op tijd voor de plensbui losbrak. Vaals is eigenlijk een buitenwijk van Aken. Dus konden we op de volgende vroege zondagochtend even die stad bekijken. De Dom met zijn mozaïeken is prachtig, maar om je daar dan in fiets-outfit tussen het kerkvolk te begeven vonden we toch wel een beetje ‘te’. Vanaf daar ging het over de Venn-Bahn. Een fietspad door en langs de bedding van een vroegere spoorbaan. Met dank aan Liesbeth, die ons op het idee ervan heeft gebracht. Dat betekende dus ook bijna 100 km fietsen zonder autoverkeer! Met langs de kant oude spoor-relikwieën, overgeleverd aan de tand des tijds. De route op die zondag ging langs Aken, Monschau en Malmedy en uiteindelijk naar Ligneuville in het hotel Dumoulin. Een gezellig ouderwets sfeervol hotel in een bocht langs de weg en bovendien met een toepasselijk naam na 100 km fietsen. Maandag werd het een stuk lastiger. Het begon al met slecht weer, vooral in de ochtend. Geen plensbuien, maar van die vettige motregen, waarvan ook alles minstens zo nat wordt. De Venn-Bahn, die ik gisteren nog de hemel in prees, diskwalificeerde zich vandaag in alle opzichten. Slecht wegdek, vaak onverhard, veel gruis, stenen en mest. Ook slecht aangegeven, waardoor we veel onnodig hebben omgereden. En dus ook veel en onnodig klimwerk. De hele route was trouwens bergop-bergaf. Hier werd me weer eens duidelijk dat fietsen niet alleen een fysieke inspanning is, maar zeker ook een mentale. Al met al flink afgezien. En weinig kunnen fotograferen. Vooraf berekend, door twee economen nota bene, dat we die dag 85 km zouden moeten rijden, maar het werden er 112. Via St.Vith, Trois-Vierges, Clerveaux en Vianden tamelijk vermoeid in Wallendorf beland op de Luxemburg-Duitse grens. De foto-impressie van deze dagen staat op: