Vrijdag hebben we de oversteek gemaakt vanuit Wellington naar het Zuidereiland, toch nog zo’n drie uur varen. Het kan in die Straat van Cook flink waaien, maar de oversteek was rustig onder een strakblauwe lucht. Heel aangenaam om dan op het bovendek te vertoeven. We hebben daar de huurauto is daar opgehaald en zijn uiteindelijk via de noordkust na bijna 300 kilometer in Collingwood terecht gekomen, aan de uiterste noordpunt van het Zuidereiland. De accommodatie daar was verrassend. We dachten een kamer in een motel te hebben geboekt, maar kwamen terecht in een houten hok van de aanpalende camping met allerlei motorhomes om ons heen. Geen plaats voor de bagage, dus die bleef in de auto. Gewoon douchen en naar de WC gaan in de gemeenschappelijke ruimtes, ook als je er onverhoopt ’s nachts uit moet. Inderdaad even een verrassing, maar de locatie vergoedt veel. Collingwood, maar vooral het nabijgelegen Takaka, is een soort hippie-hangout. Ik dacht dat het verschijnsel niet meer bestond, maar het bleek springlevend. Helemaal terug naar 1970 of daaromtrent. De bedoeling is daar dat je je omgordt met een sarong of ander soort doek en je je op blote voeten of desnoods op teenslippers over straat begeeft. In elk geval beslist geen schoenen. Vanzelfsprekend is de haardracht daarmee in overeenstemming.
Zaterdagmiddag zouden we verder gaan naar Farewell Spit, een landtong op de uiterste noordpunt en daar een uitgezette trekking maken. Het begon met een onschuldig zaterdagmiddag-wandelingetje aan de zuidzijde van de landtong, maar eindigde in een toch wel wat angstige ervaring. Na de oversteek door de duinen kwamen we aan de noordkant op het strand in een zandstorm terecht. Door het slechte zicht konden we de goede doorsteek door de duinen niet meer vinden en zijn uiteindelijk op het strand en in de duinen verdwaald. We waren helemaal alleen, maar troffen uiteindelijk twee Zwitsers, die ook op zoek waren naar de uitgang. Na ruim een uur dwalen door de struiken in de duinen kwamen we uiteindelijk op het goede pad terecht en konden we met het eindpunt in zicht de wandeling rustig en vooral opgelucht afmaken. Ondertussen tijd genoeg voor een babbeltje met die Zwitsers. Wij dachten dat we hele pieten waren met onze wereldreis van vier maanden, maar die twee waren twee jaar onderweg en hadden er nu negen maanden opzitten. De foto’s van de oversteek en het duinenavontuur staan op: